Prospectus

nl en

History of European Property Law

Course
2020-2021

Toegangseisen

Romeins recht of Historische ontwikkeling van het recht.

Beschrijving

Het vak Geschiedenis van het Europese Goederenrecht bouwt voort op de vakken Romeins recht en Inleiding tot het Burgerlijk recht. Uitgaande van het Romeinse recht en het daarop gebaseerde Europese ius commune wordt uiteengezet op welke wijze dit recht heeft doorgewerkt in de belangrijkste West-Europese codificaties (de Franse Code Civil, het Duitse BGB en het Nederlandse oude en huidige BW). Daarnaast wordt aandacht besteed aan de parallelle ontwikkeling van het Engelse privaatrecht, dat zich onafhankelijk van het gemene Romeinse recht heeft gevormd.

Het vak Geschiedenis van het Europese Goederenrecht biedt door middel van horizontale (grensoverschrijdende) en verticale (historische) rechtsvergelijking een inleiding op het Europese goederenrechtelijke systeem. In dit vak wordt aandacht besteed aan de ontwikkeling van de leerstukken eigendom, bezit, overdracht en derdenbescherming. Als onderdeel van het werkgroeponderwijs schrijven studenten een korte rechtsvergelijkende beschouwing over een probleem van Nederlands goederenrecht.

Leerdoelen

Doel van het vak:

  • Het verkrijgen van kennis en inzicht in het proces van receptie van het Romeinse recht in West-Europa en de ontwikkeling van een Europees ius commune.

  • Het verkrijgen van kennis en inzicht in de doorwerking van het systeem van het Romeinse goederenrecht in een aantal moderne Europese rechtsstelsels (Frankrijk, Duitsland, Nederland) en de samenhang die om historische redenen tussen de genoemde stelsels bestaat.

  • Het verkrijgen van kennis en inzicht in de parallelle ontwikkeling van het systeem van het Engelse goederenrecht, en in het bijzonder in de functie van de trust.

  • Het opdoen van ervaring in het schrijven van wetenschappelijke, juridische stukken.

Het vak sluit aan bij het onderzoeksprogramma Coherent Privaatrecht.

Na afronding van het vak heeft de student de volgende kwalificaties verworven:

  • De student is in staat om de receptie en doorwerking van het Romeinse recht in de behandelde moderne Europese rechtsstelsels te beschrijven en uit te leggen aan de hand van kernbegrippen en sleutelfiguren.

  • De student heeft elementaire kennis verworven van het systeem van het gemeenrechtelijke, Franse, Nederlandse, Duitse en Engelse goederenrecht zoals dat op de colleges en in de voorgeschreven literatuur is behandeld.

  • De student kan de op college en in de voorgeschreven literatuur behandelde gemeenrechtelijke, Franse, Nederlandse, Duitse en Engelse goederenrechtelijke leerstukken met elkaar vergelijken en de verschillen en overeenkomsten benoemen en verklaren.

  • De student is in staat om een eenvoudige goederenrechtelijke casus naar Romeins, Frans, Nederlands, Duits en Engels privaatrecht op te lossen.

  • De student kan het geleerde zelfstandig verwoorden en toepassen bij het schrijven van een korte rechtsvergelijkende beschouwing.

Rooster

Beschikbaar via de website

Onderwijsvorm

Hoorcolleges

  • Aantal à 2 uur: 6, gedurende 7 weken.

  • Namen docenten: prof. mr. E. Koops

  • Vereiste voorbereiding door studenten: bestudering van opgegeven literatuur (zie Brightspace, rubriek Rooster).

Werkgroepen

  • Aantal à 2 uur: 6, gedurende 7 weken

  • Namen docenten: drs. Q. Mauer

  • Vereiste voorbereiding door studenten: bestudering van opgegeven literatuur (zie Brightspace, rubriek Rooster).

  • Als onderdeel van het werkgroeponderwijs is het afleggen van een deeltoets door het maken van een schriftelijke opdracht verplicht.

Toetsing

Toetsvorm(en)

  • Het eindcijfer voor dit vak wordt bepaald aan de hand van een schrijfopdracht tijdens het onderwijs (deeltoets) en een regulier schriftelijk tentamen (eindtoets). Het schriftelijk tentamen bepaalt 75% van het eindcijfer en de overige 25% wordt bepaald door het cijfer voor de schrijfopdracht. Een onvoldoende voor de deeltoets kan met de eindtoets worden gecompenseerd tot een voldoende eindcijfer. Ook kan een onvoldoende voor de eindtoets gecompenseerd worden tot een voldoende eindcijfer middels het cijfer van de schrijfopdracht.

  • Het schriftelijk tentamen bestaat uit 10 open vragen over 4 casusposities en 5 algemene open vragen.

  • De schriftelijke opdracht (deeltoets) behelst een korte rechtsvergelijkende beschouwing van minimaal 1.200 en maximaal 1.500 woorden. De onderwerpen worden in onderwijsweek 1 bekendgemaakt via Brightspace. De opdracht wordt ingeleverd aan het begin van onderwijsweek 6. Zie Brightspace en de Leidraad voor dit vak voor de verdere gang van zaken.

  • Een als onvoldoende beoordeelde schriftelijke opdracht kan slechts worden herkanst door het maken van een vervangende opdracht in de periode na het reguliere tentamen en voorafgaande aan de herkansing van het schriftelijk tentamen. Voor het maken van de vervangende opdracht geldt een zelfde termijn als voor het maken van het essay.
    N.B. Wanneer wordt gekozen voor een vervangende opdracht vervangt dit cijfer het eerste cijfer, ook als het tweede cijfer lager is dan het eerste cijfer.

  • De vervangende opdracht kan slechts worden gemaakt indien er een onvoldoende voor het vak is gehaald én indien het essay als onvoldoende is beoordeeld. Er kan geen vervangende opdracht worden gemaakt als het eindcijfer voor het vak een voldoende is. De vervangende opdracht kan in beginsel alleen gemaakt worden als de student bij de eerste gelegenheid een essay ingeleverd heeft.

  • Het deelcijfer voor elk van beide onderdelen (schriftelijk tentamen en schriftelijke opdracht) blijft geldig tot de herkansing, maar vervalt met ingang van het volgende academische jaar. Aanvragen voor verlenging van de geldigheidsduur moeten bij de Examencommissie worden ingediend. Ook de verlenging van vrijstellingen voor dit vak of delen van dit vak wordt slechts door de Examencommissie geregeld.

  • Zie Brightspace en de Leidraad voor de verdere gang van zaken omtrent de schriftelijke opdracht.

Regeling herkansen voldoendes
Op dit vak is de regeling herkansen voldoendes van toepassing (artikel 4.1.8.1 e.v. OER) voor zover dit vak onderdeel uitmaakt van het verplicht curriculum van de opleiding. Studenten die bij de eerste kans een voldoende eindcijfer hebben behaald, kunnen onder bepaalde voorwaarden het schriftelijke (eind)tentamen opnieuw afleggen op het reguliere herkansingmoment. Om een voldoende te kunnen herkansen, dienen studenten eerst om toestemming te vragen bij het OIC. Kijk voor meer informatie op de studentensite onder ‘Inschrijven voor vakken en tentamens’ > ‘Toestemming voldoende herkansen’.

Examenstof
Tot de examenstof behoort de verplichte literatuur, de leidraad en hetgeen behandeld is tijdens hoorcollege, werkgroep en tijdens eventuele andere onderwijsvormen.

Literatuur

Verplicht studiemateriaal

Literatuur:
W.J. Zwalve, Hoofdstukken uit de geschiedenis van het Europese privaatrecht, I: Inleiding en zakenrecht, derde, herziene druk, Den Haag: Boom 2006.

Leidraad:
De leidraad voor dit vak is beschikbaar via Readeronline en als pdf via Brightspace.

Aanmelden

De aanmelding verloopt via uSis.

Contact

  • Vakcoördinator: drs. Q. Mauer

  • Werkadres: KOG, Steenschuur 25, kamer A3.10

  • Telefoon: 071 527 4727

  • E-mail: q.mauer@law.leidenuniv.nl

Instituut/afdeling

  • Instituut: Metajuridica

  • Afdeling: Rechtsgeschiedenis

  • Kamernummer secretariaat: A3.14

  • Openingstijden: maandag en donderdag van 9.00-15.00 uur en dinsdagochtend van 09.00-13.00 uur

  • Telefoon secretariaat: 071 527 74 42

  • E-mail: rechtsgeschiedenis@law.leidenuniv.nl