Studiegids

nl en

Opkomst tweede Duitse Keizerrijk tot ondergang Weimarrepubliek: Duitse politieke cultuur 1871 en 1933

Vak
2022-2023

Toegangseisen

De BSA-norm is behaald en beide Themacolleges zijn met een voldoende afgerond.

Beschrijving

In dit college gaat het centraal over de vergelijking van de politieke cultuur en van de grenzen van de macht van het Tweede Duitse Keizerrijk (1871-1918) en van de Weimarrepubliek (1918-1933). Beide politieke systemen gingen ten onder – waarom? De bestudering van deze periode uit de Duitse geschiedenis gebeurt aan de hand van twee handboeken en diverse primaire bronnen, die digitaal beschikbaar zullen worden gesteld. Inhoudelijk sluit dit college nauw aan bij het kerncollege ‘Grenzen van de macht’.

Het in 1871 onder leiding van Bismarck gestichte Tweede Duitse Keizerrijk was een autoritaire staat met een sterke militaristische en bureaucratische traditie waarin een elite het voor het zeggen had. Tegelijkertijd was er vanaf 1871 algemeen kiesrecht en ontstond er een dynamisch partijpolitiek landschap en een levendig cultureel klimaat. Wat waren de grenzen van de macht van dit autoritaire politieke systeem? Hoeveel draagvlak had het Keizerrijk bij de bevolking? Welke kritiek werd geuit op het Keizerrijk en door welke groepen? Hoe ging het Keizerrijk om met de grote sociale en politieke spanningen en hoe hervormingsgezind was het politieke systeem vóór 1914?

Door de Eerste Wereldoorlog verschoof het primaat van de politieke macht geleidelijk van het civiele naar het militaire gezag. Wat betekende dit voor de politieke cultuur van het Keizerrijk? Hoe probeerden de machthebbers voor de oorlog steun te verkrijgen (en te behouden) bij de bevolking? Waardoor ontstond in toenemende mate een gepolariseerd sociaal en politiek klimaat? Hoe valt de ondergang van het Keizerrijk in 1918 te verklaren en welke rol speelde de revolutie van november 1918 daarbij?

Toen na de oorlog de Weimarrepubliek ontstond was het kernprobleem haar ‘legitimiteit’: de jonge democratische republiek werd door velen verantwoordelijk gehouden voor de nederlaag en revolutie, voor een vernederend vredesverdrag en een verjudete cultuur. Hoe ging de Weimarrepubliek om met dit probleem en wat waren de pijlers van haar macht? Waarom was er zoveel politiek geweld (ca. 350 doden tussen 1919 en 1923)? Op welke manieren en door wie werd de Weimarrepubliek aangevallen? In hoeverre was de ondergang van de Weimarrepubliek in 1933 onvermijdelijk, of had het ook anders kunnen gaan?

Leerdoelen

Algemene Leerdoelen

De student kan:

  • 1) een gezamenlijke opdracht succesvol uitvoeren;

  • 2) een onderzoek met een beperkte omvang opzetten en uitvoeren, en daarbij:
    a. vakliteratuur zoeken, selecteren en ordenen;
    b. relatief grote hoeveelheden informatie organiseren en verwerken;
    c. een wetenschappelijk debat analyseren;
    d. het eigen onderzoek in het wetenschappelijk debat plaatsen.

  • 3) reflecteren op de primaire bronnen waarop de literatuur is gebaseerd;

  • 4) een probleemgestuurd werkstuk schrijven en een referaat houden naar het format van de eerstejaars Themacolleges, en daarbij;
    a. een realistische planning hanteren;
    b. een probleemstelling en deelvragen formuleren;
    c. een beargumenteerde conclusie formuleren;
    d. feedback geven en ontvangen;
    e. aanwijzingen van de docent verwerken.

  • 5) participeren in de discussies tijdens colleges.

Leerdoelen, specifiek voor de afstudeerrichting

  • 6) De student heeft kennis opgedaan van de afstudeerrichting(en) waartoe het BA-Werkcollege behoort;

  • bij de afstudeerrichting Algemene Geschiedenis: voor de plaatsing van de Europese geschiedenis van na 1500 in een mondiaal perspectief; in het bijzonder de ontwikkeling en rol van politieke instituties;

  • in het bijzonder bij de track Amerikaanse Geschiedenis: voor Amerikaans exceptionalisme; de VS als multiculturele samenleving en de uitwerking daarvan in de historiografie, de intellectuele wisselwerking tussen de VS en Europa;

  • in het bijzonder bij de track Geschiedenis van de Europese Expansie en globalisering: voor het ontstaan van wereldomvattende netwerken die een steeds intensievere circulatie van mensen: dieren, gewassen, goederen en ideeën bewerkstelligen, en de centrale rol van de Europese expansie daarin vanaf circa 1500.

  • 7)De student heeft kennis van en inzicht in de kernbegrippen, de onderzoeksmethoden en –technieken van de afstudeerrichting, met speciale aandacht;

  • bij de afstudeerrichting Algemene Geschiedenis: voor de bestudering van primaire bronnen en de relativiteit van nationaal gedefinieerde geschiedenissen;

  • in het bijzonder bij de track Amerikaanse Geschiedenis: voor exceptionalisme; analyseren van historiografische en intellectuele debatten;

  • en in het bijzonder bij de track Geschiedenis van de Europese Expansie en globalisering: voor het combineren van historiografische debatten met empirisch onderzoek in primaire bronnen en/of het verbinden van gescheiden historiografische tradities door middel van innovatieve vraagstelling.

Leerdoelen, specifiek voor dit college

De student:

  • 8) Heeft kennis van en inzicht in de grenzen van de macht van twee verschillende Duitse politieke systemen, nl. het autoritaire Tweede Duitse Keizerrijk (1871-1918) en de democratische Weimarrepubliek (1918-1933).

  • 9)Heeft kennis van en inzicht in enkele belangrijke historiografische en theoretische debatten over de moderne Duitse geschiedenis vanaf 1871 (zoals het debat over de Duitse Sonderweg).

Rooster

De roosters zijn beschikbaar via MyTimetable.

Onderwijsvorm

  • Werkcollege met aanwezigheidsplicht

Dit houdt in dat studenten bij alle werkcolleges aanwezig moeten zijn. Indien je toch verhinderd bent dien je dit vooraf te melden aan de docent. De docent bepaalt vervolgens of, en zo ja, hoe het gemiste college door een vervangende opdracht kan worden ingehaald. Als er specifieke beperkingen zijn bij een college dan maakt de docent dat aan het begin kenbaar. Indien je niet voldoet aan voornoemde voorwaarden, word je uitgesloten van deelname.

Toetsing en weging

  • Werkstuk (5.000-6.000 woorden gebaseerd op literatuur; exclusief voorblad, inhoudsopgave, bibliografie, voetnoten)
    getoetste leerdoelen: 2-4, 8-9

  • Mondelinge presentatie
    getoetste leerdoelen: 3-4, 8-9

  • Participatie
    getoetste leerdoelen: 5, 8-9

  • Opdrachten
    getoetste leerdoelen: 1, 6-9

Weging

  • Werkstuk: 70 %

  • Mondelinge presentatie: 10%

  • Participatie: 10%

  • Opdrachten: 10%

Het eindcijfer komt tot stand op basis van het gewogen gemiddelde op basis van de deelcijfers, met daarbij als aanvullende eis dat het werkstuk voldoende moet zijn.

Deadlines

Voor het inleveren van de opdrachten en het werkstuk geldt de deadline, zoals aangegeven in de corresponderende Brightspace cursus.

Herkansing

Het werkstuk kan worden herkanst. Hiervoor geldt de deadline zoals aangegeven in de corresponderende Brightspace cursus.

Inzage en nabespreking

Uiterlijk bij het bekendmaken van de uitslag van het werkstuk wordt aangegeven op welke wijze en op welk tijdstip de inzage en nabespreking van het werkstuk plaatsvindt. Er wordt in ieder geval een nabespreking georganiseerd indien een student hiertoe verzoekt binnen 30 dagen na bekendmaking van de uitslag.

Literatuurlijst

  • Frits Boterman, Moderne geschiedenis van Duitsland 1800-heden (Amsterdam 2010)

  • Matthew Stibbe, Germany 1914-1933. Politics, Society and Culture (Harlow etc. 2010)

Inschrijven

Inschrijven via MyStudyMap is verplicht.

Contact

  • Voor inhoudelijke vragen, neem contact op met de docent (rechts in informatiebalk).

  • Voor informatie over inschrijvingen, toelating, etc: Onderwijsadministratie Huizinga

Opmerkingen

Het verdient sterk aanbeveling wanneer studenten in staat zijn Duitse (bron)teksten te lezen.